De meeste Aziaten staan niet bekend om hun directheid. Ik was me ervan bewust dat dit wat aanpassingsvermogen van me zou vergen toen we naar Singapore vertrokken. 'Recht voor z'n raap' en 'maak van je hart geen moordkuil' zijn motto's die me op het lijf geschreven zijn. Dat matcht niet echt met de in Singapore zeer favoriete lijfspreuken 'Om de hete brei heendraaien' en 'pappen en nathouden.'
De situaties zijn moeilijk uit te leggen. Misschien moet je het ondervinden om te begrijpen wat ik bedoel. Het antwoord 'nee' bestaat hier niet. Als je de weg vraagt en iemand weet het niet zeker, krijg je een antwoord als 'yes can, yes can.' Dan weet je eigenlijk al hoe laat het is: de juiste weg ga je op deze manier nooit vinden. En als mensen een afspraak niet kunnen nakomen, dan komen ze liever gewoon niet opdagen dan dat ze afbellen. Afbellen is namelijk onbeleefd.
Directheid van mijn kant wordt niet altijd op prijs gesteld. Mensen lijken soms zelfs bang te reageren als je iets zegt of vraagt. Een inkopper om nu te zeggen: 'Ildi, het is toch al jaren bekend dat je mensen aan het schrikken maakt,' maar helaas: ook andere westerse mensen lijken er hier last van te hebben.
Naast het 'om de hete brei heendraaien' lijken veel Aziaten hier moeite te hebben om hun emoties te tonen. Zelden zie je iemand zeer blij, uitbundig, boos of verdrietig. Maar soms kunnen ze dan toch ineens verrassend uit de hoek komen. Gisteren ging ik naar de film 'My sister's keeper' en uiteraard heb ik daar een traantje weggepinkt aan het eind. De meeste Aziaten in de zaal gingen echter werkelijk hysterisch jankend de zaal uit. Dat soort onverwachte dingen maakt het des te interessanter om hier een tijdje te wonen. Ik ben benieuwd of ik de mensen hier volledig begrijp als ik vertrek. Voorlopig blijf ik me nog vrijwel dagelijks verwonderen.